#Human Rights
Target:
De Regering en de Staten Generaal
Region:
Netherlands
Website:
ch.pauljansen.eu

De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens wordt door vrijwel iedereen gezien als een belangrijke opsomming van mensenrechten; 'mijn rechten'. Wanneer dezelfde Verklaring wordt opgesteld in de ik-vorm, en persoonlijke ondertekening vraagt, is dat een daadwerkelijk begin van verandering en van persoonlijk commitment. Deze verklaring, en uw handtekening, zijn precies dat.

PERSOONLIJKE VERKLARING VAN DE RECHTEN VAN DE MEDEMENS

Preambule
Deze verklaring bevat de kern van wat in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) staat. Omdat het realiseren van een praktijk waarin alle rechten van elk mens daadwerkelijk gerespecteerd worden afhankelijk is van het gedrag van ieder individueel mens neem ik hierbij persoonlijk verantwoordelijkheid voor mijn eigen gedrag en verklaar en beloof hierbij mijzelf te houden aan elk en ieder van onderstaande artikelen:

Artikel 1
Ik erken dat elke medemens vrij en gelijk in waardigheid en rechten geboren wordt. Dat hij begiftigd is met verstand en geweten, en ik zal mijzelf jegens elk medemens in een geest van broederschap gedragen.

Artikel 2
Ik erken dat ieder mens aanspraak op alle rechten en vrijheden heeft die in de UVRM staan, en verklaar en beloof dat ik mij daar jegens ieder medemens, zonder enig onderscheid van welke aard ook, zoals ras, kleur, geslacht, taal, godsdienst, politieke of andere overtuiging, nationale of maatschappelijke afkomst, eigendom, geboorte of andere status, naar zal gedragen.
Verder zal ik geen enkel onderscheid maken naar de politieke, juridische of internationale status van het land of gebied, waartoe iemand behoort.

Artikel 3
Ik erken ieders recht op leven, vrijheid en onschendbaarheid van zijn persoon en zal mijzelf ten opzichte van ieder medemens daar naar gedragen.

Artikel 4
Ik zal niemand in slavernij of horigheid houden en mij van iedere vorm van slavernij en slavenhandel onthouden.

Artikel 5
Ik zal niemand onderwerpen aan folteringen, noch aan een wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing.

Artikel 6
Ik zal elk medemens, waar hij zich ook bevindt, als persoon erkennen en als zodanig behandelen.

Artikel 7
Ik beschouw en behandel ieder medemens gelijk voor de wet en erken zonder onderscheid ieders aanspraak op gelijke bescherming door de wet. Ik zal geen enkel medemens achterstellen of anderen daartoe ophitsen.

Artikel 8
Ik erken het recht van ieder medemens op daadwerkelijke rechtshulp van bevoegde nationale rechterlijke instanties tegen handelingen, welke in strijd zijn met de grondrechten hem toegekend bij Grondwet of wet.

Artikel 9
Ik zal nimmer een medemens onderwerpen aan willekeurige arrestatie, detentie of verbanning of daaraan meewerken en zal, tot de grenzen van mijn vermogen, elk medemens daartegen beschermen.

Artikel 10
Ik erken dat iedere en elke medemens, in volle gelijkheid, recht heeft op een eerlijke en openbare behandeling van zijn zaak door een onafhankelijke en onpartijdige rechterlijke instantie bij het vaststellen van zijn rechten en verplichtingen en bij het bepalen van de gegrondheid van een tegen hem ingestelde strafvervolging.

Artikel 11
Ik erken, en zal opkomen voor, het recht van ieder medemens, die wegens een strafbaar feit wordt vervolgd, om voor onschuldig gehouden te worden totdat zijn schuld krachtens de wet bewezen wordt in een openbare rechtszitting, waarbij hem alle waarborgen, nodig voor zijn verdediging, zijn toegekend.

Artikel 12
Ik zal niemand onderwerpen aan willekeurige inmenging in zijn persoonlijke aangelegenheden, in zijn gezin, zijn tehuis of zijn briefwisseling, noch aan enige aantasting van zijn eer of goede naam.

Artikel 13
1. Ik zal niemand belemmeren zich vrijelijk te verplaatsen en om te vertoeven binnen de grenzen van elke Staat.
2. Ik zal niemand belemmeren om welk land ook te verlaten en daarnaar terug te keren.

Artikel 14
Ik zal niets doen dat een medemens belet, of kan beletten, om in andere landen asiel te zoeken tegen vervolging om andere redenen dan strafvervolgingen wegens misdrijven van niet-politieke aard.

Artikel 15
1. Ik zal niemand tegenwerken of belemmeren in het hebben en/of veranderen van een nationaliteit.
2. Ik zal niemand willekeurig zijn nationaliteit ontnemen.

Artikel 16
1. Ik behandel, zonder enige beperking op grond van ras, nationaliteit of godsdienst, mannen en vrouwen van huwbare leeftijd gelijk ten aanzien van huwen en een gezin stichten, en ook tijdens het huwelijk en bij de ontbinding ervan.
2. Ik erken slechts de vrije en volledige toestemming van de aanstaande echtgenoten als basis voor een huwelijk.
3. Ik bescherm het gezin als de natuurlijke groepseenheid van de maatschappij.

Artikel 17
1. Ik bescherm ieders recht op eigendom, hetzij alleen, hetzij tezamen met anderen.
2. Ik zal niemand willekeurig van zijn eigendom beroven.

Artikel 18
Ik erken en bescherm ieders recht op vrijheid van gedachte, geweten en godsdienst; dit omvat tevens de vrijheid om van godsdienst of overtuiging te veranderen, alsmede de vrijheid hetzij alleen, hetzij met anderen zowel in het openbaar als in zijn particuliere leven zijn godsdienst of overtuiging te belijden door het onderwijzen ervan, door de praktische toepassing, door eredienst en de inachtneming van de geboden en voorschriften.

Artikel 19
Ik erken en bescherm ieders recht op vrijheid van mening en meningsuiting. Dit recht omvat de vrijheid om zonder inmenging een mening te koesteren en om door alle middelen en ongeacht grenzen inlichtingen en denkbeelden op te sporen, te ontvangen en door te geven.

Artikel 20
1. Ik zal niemand belemmeren in het betrokken zijn bij enige vreedzame vereniging en vergadering.
2. Ik zal niemand dwingen om tot een vereniging te behoren.

Artikel 21
1. Ik zal niemand het recht ontnemen om deel te nemen aan het bestuur van zijn land, rechtstreeks of door middel van vrij gekozen vertegenwoordigers.
2. Ik zal niemand weigeren om op voet van gelijkheid toe te laten tot de overheidsdiensten van zijn land.
3. Ik zal mij als democraat gedragen, waaronder wordt begrepen dat de wil van het volk de grondslag zal zijn van het gezag van de Regering; deze wil onder andere tot uiting zal komen in periodieke en eerlijke verkiezingen, die gehouden zullen worden krachtens algemeen en gelijkwaardig kiesrecht en bij geheime stemmingen of volgens een procedure, die evenzeer de vrijheid van de stemmen verzekert.

Artikel 22
Ik zal zorg dragen dat ieder als lid van de gemeenschap maatschappelijke de zekerheid heeft en er aanspraak op kan doen, dat door middel van nationale inspanning en internationale samenwerking, en overeenkomstig de organisatie en de hulpbronnen van de betreffende Staat, de economische, sociale en culturele rechten, die onmisbaar zijn voor ieders individuele waardigheid en voor de vrije ontplooiing van zijn persoonlijkheid, verwezenlijkt worden. Ik zal nimmer iemand hierin belemmeren.

Artikel 23
1. Ik erken ieders recht op arbeid, op vrije keuze van beroep, op rechtmatige en gunstige arbeidsvoorwaarden en op bescherming tegen werkloosheid en zal mij daarnaar gedragen.
2. Ik zal ieder, zonder enige achterstelling, gelijk loon voor gelijke arbeid betalen.
3. Ik geef ieder, die voor mij arbeid verricht, een rechtvaardige en gunstige beloning, welke hem en zijn gezin een menswaardig bestaan verzekert, welke beloning zo nodig en met mijn hulp en inspanning met andere middelen van sociale bescherming zal worden aangevuld.
4. Ik zal niemand beletten om vakverenigingen op te richten en/of zich daarbij aan te sluiten ter bescherming van zijn belangen.

Artikel 24
Ik erken ieders recht op rust en op eigen vrije tijd, met inbegrip van een redelijke beperking van de arbeidstijd, en op periodieke vakanties met behoud van loon, en zal daarnaar handelen.

Artikel 25
1. Ik draag naar beste vermogen bij aan het ervoor zorgen dat ieder een levensstandaard heeft, die hoog genoeg is voor de gezondheid en het welzijn van zichzelf en zijn gezin, waaronder inbegrepen voeding, kleding, huisvesting en geneeskundige verzorging en de noodzakelijke sociale diensten, alsmede voorziening in geval van werkloosheid, ziekte, invaliditeit, overlijden van de partner, ouderdom of een ander gemis aan bestaansmiddelen, ontstaan ten gevolge van omstandigheden onafhankelijk van zijn wil.
2. Ik erken dat moeder en kind bijzondere zorg en bijstand behoeven en zal mij daarnaar gedragen. Alle kinderen, al dan niet wettig, zal ik dezelfde sociale bescherming bieden.

Artikel 26
1. Ik zal niemand belemmeren in, of beletten tot, het ontvangen van kosteloos, althans wat het lager en basisonderwijs betreft, onderwijs. Ik zal geen enkel kind lager onderwijs onthouden en niemand belemmeren in het volgen van ambachtsonderwijs en beroepsopleiding en, voor ieder die daartoe de begaafdheid bezit, hoger onderwijs.
2. Ik draag er maximaal aan bij om ervoor te zorgen dat het onderwijs gericht zal zijn op de volle ontwikkeling van de menselijke persoonlijkheid en op de versterking van de eerbied voor de rechten van de medemens en de fundamentele vrijheden. Ik zal mij zodanig gedragen dat, en in het bijzonder bijdragen aan onderwijs dat, het begrip, de verdraagzaamheid en de vriendschap onder alle naties, rassen of godsdienstige groepen wordt bevordert en de werkzaamheden van de Verenigde Naties voor de handhaving van de vrede worden gesteund.
3. Ik erken dat in de eerste plaats aan de ouders het recht toekomt om de soort van opvoeding en onderwijs te kiezen, welke aan hun kinderen zal worden gegeven.

Artikel 27
1. Ik zal niemand belemmeren om vrijelijk deel te nemen aan het culturele leven van de gemeenschap, om te genieten van kunst en om deel te hebben aan wetenschappelijke vooruitgang en de vruchten daarvan.
2. Ik zal ieders geestelijke en materiële belangen, voortspruitende uit een wetenschappelijk, letterkundig of artistiek werk, dat hij heeft voortgebracht, respecteren.

Artikel 28
Ik zal nooit iets doen of iets laten dat voor een ander de rechten en vrijheden, in deze Verklaring genoemd, in gevaar brengt en alles doen zodat die rechten en vrijheden voor ieder ten volle kunnen worden verwezenlijkt.

Artikel 29
1. Ik erken mijn plichten jegens de gemeenschap, zonder welke de vrije en volledige ontplooiing van mijn persoonlijkheid niet mogelijk is, en zal mij daarnaar gedragen.
2. In de uitoefening van zijn rechten en vrijheden zal ik een ander slechts onderwerpen aan die beperkingen, welke bij de wet zijn vastgesteld en wel uitsluitend ter verzekering van de onmisbare erkenning en eerbiediging van de rechten en vrijheden van anderen en om te voldoen aan de gerechtvaardigde eisen van de moraliteit, de openbare orde en het algemeen welzijn in een democratische gemeenschap.

Artikel 30
Ik zal geen bepaling in deze Verklaring zodanig uitleggen, dat welke Staat, groep of persoon dan ook, inclusief mijzelf, daaraan enig recht kan ontlenen om iets te ondernemen, of handelingen van welke aard ook te verrichten, die vernietiging van een van de rechten en vrijheden, in deze Verklaring genoemd, ten doel of als gevolg hebben.

GoPetition respects your privacy.

The PERSOONLIJKE VERKLARING VAN DE RECHTEN VAN DE MEDEMENS petition to De Regering en de Staten Generaal was written by Paul Jansen and is in the category Human Rights at GoPetition.

Petition Tags

UVRM mensenrechten